Wat draagt bij aan gezondheid?
Ik deed gisteren een kraamvisite bij een vrouw die zeven dagen eerder bevallen was van haar tweede kind. Alles ging goed. Ze gaf de borst en dat ging prima. Op papier verliep alles werkelijk op rolletjes.
We kwamen terloops even op het wegen van haar dochter, dat elke dag gebeurde (standaardbeleid van de kraamzorginstelling). En op de zenuwen die ze daarbij voelde, terwijl ze 'wist' dat het natuurlijk prima ging, maar toch. Een gevoel van druk, van verantwoordelijkheid. Onplezierige stress.
Het lijkt misschien een onbeduidend voorbeeld, maar dit is wat mij betreft beleid dat afbreuk doet aan gezondheid in plaats van er aan bijdraagt.
Als een kind goed aan de borst gaat, is er zoveel meer te zeggen over haar conditie dan haar gewicht vertelt.
Wat weten we nou door dat te meten?
Wij vroedvrouwen hebben de verantwoordelijkheid voor de risicoselectie in de zwangerschap, tijdens de bevalling en het kraambed. Daar hebben we een Hele Belangrijke Taak van gemaakt, en waarempel zeg gynaecologen doen daar nog eens een flinke schep bovenop, door in twijfel te trekken of wij deze zware taak wel 'alleen' kunnen behappen.
Een loodzwaar gevoel van verantwoordelijkheid zit eraan vast; als ik als vroedvrouw niet alert ben op de risico's dan kan ik verantwoordelijk zijn voor de dood van een kind en misschien zelfs wel van een moeder.
Je hoort mij niet zeggen dat het niet belangrijk is om 'wakker' te zijn en om gedegen kennis te hebben van fysiologie én pathologie.
Maar ik zou willen voorstellen om nog eens goed onder de loupe te nemen hoe we werken. Om te beginnen: hoe kan het toch dat een zwangere zelf, waar de baby nota bene in zit, zo weinig van belang is als het gaat om 'bepalen' hoe haar baby het maakt, op het moment dat er van buitenaf een 'risicofactor' is benoemd?
Door de manier waarop er nu gewerkt wordt, en de trend lijkt dat dit alleen maar toeneemt (bijvoorbeeld door een voorstel om ELKE zwangere ook aan de gynaecoloog te laten zien in haar zwangerschap), is er deskundigheid van buiten nodig voor een vrouw om te weten hoe het met haar kind gaat en óók om te weten hoe het met haarzelf gaat.
Wat een pure kolder toch!
Een vrouw moet een doorslaggevende rol krijgen in het bepalen of het goed met haar gaat én hoe het met haar kind gaat. Zorgverleners kunnen daar behulpzaam bij zijn, maar niet door minzaam te testen en te checken.
Laten we als vroedvrouwen eens teruggaan naar de pijlers van ons beroep: om groot vertrouwen in vrouwen te hebben, om een individuele vertrouwensrelatie met ze op te bouwen die plezierig is. Iets wat bijdraagt aan haar zelfvertrouwen, in feite zodat ze ons niet 'nodig' heeft!
Wij vroedvrouwen dienen heel goed te weten wat het grote verschil is tussen 'controle', zoals het nutteloos wegen van een pasgeborene, wat alleen maar afbreuk doet aan het welzijn van een vrouw, en 'wakker zijn', waarbij je heel goed luistert naar wat een vrouw zelf zegt en doet.
Dit kan in een één op één setting volgens mij tien keer beter dan in een zorgaanbod met vele verschillende gezichten.
Dat lijkt in eerste instantie ingewikkeld te organiseren of duurder. Maar steeds meer controle, steeds meer interventies, dát is pas duur. En dan heb ik het niet alleen over geld...
Geen opmerkingen:
Een reactie posten