Over mij

Mijn foto
Ik wil mijn werk graag goed doen. Kwaliteit van zorg toetsen aan het naleven van regels heeft misschien voordelen omdat je dan iets hebt om te 'meten'. Maar in mijn dagelijks werk loop ik in toenemende mate aan tegen het gevaar ervan: dat aan het eind van de rit het enige dat werkelijk telt de belangen van de zorgverlener zelf zijn. En wat is dan nog 'goed doen'? Vragen hierbij en ideeēn hierover genoeg - lees maar.

woensdag 13 februari 2013

Schouderdystocie 11-delig, deel 3.


3.
Waarin het probleem van defensief werken aan de orde komt - en de gevolgen daarvan.

“If I were to extract only two words whereby to classify the concerns of contemporary obstetric practice, they would include not birth, but risk and death.” 
(Jo Murpy-Lawless, Reading Birth and Death)


Schouderdystocie is een gevoelig onderwerp, een taboe-onderwerp. Een onderwerp dat er toe leidt dat, als je je bijvoorbeeld kritisch uitlaat over de vraag of schade bij de baby te vermijden was geweest, direct alle deuren worden dicht gegooid. Geen kritiek op wat is voorgevallen!
Misschien is, als anderen de noodzaak van onze interventies gaan bevragen, het vaak onvermijdelijk dat we ons aangevallen voelen, bedreigd, bekritiseerd. 
Leuk hoor, die vraag: ‘is het waar’?.. Maar níet in dit individuele geval! De gebeurtenis op zich was toch al erg genoeg?

“Neonataal letsel na schouderdystocie is een van de meer voorkomende redenen voor een juridische procedure tegen de betrokken gynaecoloog.” Zo staat het al in de eerste alinea van de NVOG-richtlijn over schouderdystocie (hier te vinden).

Het is eerlijk om daar open over te zijn - maar dan ook over de mogelijke gevolgen hiervan. Want maar al te vlug kan een gevolg zijn dat we moeten oppassen met kritische vragen - voor je het weet wordt er iemand aangeklaagd..
En terzijde - maar wél belangrijk in het kader van dit onderwerp -: 'fear of litigation' is geen lafheid. Het is een logisch gevolg van een zorgwekkende maatschappelijke ontwikkeling. Dé manier om het zorgverleners echt moeilijk te maken is door een procedure tegen ze aan te spannen. Dat het ook dé manier is om de weg naar vernieuwing ernstig te versmallen, zou een maatschappelijk gevoerde discussie moeten zijn waarbij stelling zou moeten worden genomen; er moet een betere weg dan dit mogelijk zijn. Nemen we die stelling niet, dan stevenen we ook in Nederland maar zó af op een sectiopercentage van 30% binnen tien jaar.
En - terug naar het onderwerp- voor nu zitten we mooi met de gebakken peren. Want nu wordt er in de hele richtlijn over schouderdystocie geen woord gewijd aan de zorgverlener als risicofactor. Bedoelen we daar dan mee dat het in elk geval niet aan de zorgverlener kan liggen? Dat die juridische procedures dus hooguit begrijpelijk zijn, maar onterecht?
Is dat ook een oorzaak van dat, zo vaak gehoorde, volhouden dat het optreden van een schouderdystocie een ‘gegeven’ is en de gevolgen voor de baby een noodzakelijk kwaad? 
Vullen we daarom deze richtlijn weliswaar met zaken die mogelijk een schouderdystocie kunnen voorspellen - maar die eigenlijk vooral gaan over de moeder en het kind? 
En kan er alleen nog in de wandelgangen worden gesproken over: verschillen tussen zorgverleners onderling bijvoorbeeld. Die worden in geen enkel leerboek dat ik ken benoemd. Maar vraag een student die flink wat stage gelopen heeft maar eens naar verschillen tussen verloskundigen die ze aan het werk heeft gezien; er is een heel groot verschil in wat verloskundigen (of artsen) ‘doen’ tijdens een bevalling. En dat varieert van: helemaal van de baby afblijven tot de schouders spontaan zichtbaar worden en dan hooguit de baby ‘aanpakken’ - tot: de voorste schouder geboren ‘helpen’ worden - tot: als de uitdrijving wat moeizamer verliep, direct alles in gereedheid brengen om aanvullende handgrepen te kunnen doen. 
Of over: dat er verschil is in incidentie van schouderdystocie tussen verschillende landen en tussen verschillende beroepsgroepen. En dat dat over méér zou kunnen gaan dan alleen: de één noemt het een schouderdystocie, de ander noemt het een ‘moeizame schouder’ en daarom is de gerapporteerde incidentie verschillend - een verschil in definitie dus, iets dat vaak wordt geopperd. Is dat geen omgekeerde redenering?
Het lijkt me toch dat, als de definitie onduidelijk is, we het probleem niet helder hebben. En als we op deze voet doorgaan, krijgen we dat probleem ook nooit helder. En we krijgen ook niet helder hoe het zou kunnen kómen, dat een definitie geven van wat een schouderdystocie nou precies is, zo moeilijk blijkt.

Vasthouden aan het fenomeen schouderdystocie als een 'gegeven', iets waar niets aan de voorkomen of veranderen valt, is dus een besluit met gevolgen. 

Hebben we hier gewoon vrede mee? 
Het is op dit moment al zo, dat aan veel vrouwen waarbij schouderdystocie optrad, bij een volgende bevalling een plaatsindicatie wordt gegeven. Vroedvrouwen zijn bang voor een schouderdystocie thuis, en hup, geregeld is het, zonder dat er ook maar een draadje bewijs is dat dit veiliger is. Je kunt je afvragen of de voorafkans op een schouderdystocie met zo'n plaatsindicatie zelfs niet gróter is geworden. (Een aantal argumenten waarom dat zou kunnen zijn volgen in de komende posts.)
En dan wordt het nog lastiger, want steeds vaker wordt ook nog de gynaecoloog geraadpleegd over wat het beste plan is voor een zwangere met een schouderdystocie in haar voorgeschiedenis. En de gynaecoloog adviseert vervolgens steeds vaker een primaire keizersnede. Dat komt neer op honderd procent defensief beleid.
Het complete kind met het complete badwater weggegooid en een definitief einde aan een mogelijkheid-bij-uitstek om te reflecteren op onze blinde vlekken.
Zo is het met de stuiten ook gegaan.
Vroedvrouwen, past op uw zaak!

Is zo het onbedoelde negatieve gevolg van defensief werken niet alleen dat we steeds meer kansen missen om vaardigheden te behouden, maar juist ook om iets bij of af te leren? 
En de prijs is hoog - om te beginnen voor de vrouw.
Is ons sectiopercentage niet al hoog genoeg?

Morgen verder.

4 opmerkingen:

  1. Ik ben heel blij dat je ook dit onderwerp behandelt. 23 jaar geleden werd mijn zoon geboren, hij had meconiumhoudend vruchtwater, zodra zijn hoofd er uit was hebben ze hem uitgezogen (ze waren bang voor longontstekingen omdat ze net een baby hadden meegemaakt die dat opgelopen had)waardoor hij dus adem haalde, vervolgens zaten zijn schouders klem (combinatie van groot kind en verkeerd liggen op de verlostafel omdat de verloskundige niet geloofde dat hij er aan kwam (hij zat nog hoog, was niet ingedaald en schoot naar buiten na 1 keer persen, hetgeen ik ze voor gewaarschuwd had omdat mijn eerste bevalling net zo ging)) en leek het net alsof men -gyn er bij en verpleegkundige- een basketbal uit mij probeerde te rukken. Gevolg bijna volledige ruptuur en een baby die stuwing op het hoofd had (door ademen terwijl alleen het hoofd er uit was zo legde men mij uit naderhand) plus zeer lage Apgarscore 5 direct na en 7 na 5 minuten en kind op IC. Het was een nachtmerrie inderdaad....je voelt je net een ding als moeder en je voelt je ernstig tekort schieten naar je kind omdat je het niet beschermen kunt tegen zoveel geweld. Nadat het kind geboren was, vertrok iedereen overhaast met couveuse naar de IC en ik kreeg het belachelijke idee om maar op te stappen?? Na even kwam de verloskundige terug om mij te hechten. Ik heb me altijd afgevraagd of dit niet anders had gekund, was dat uitzuigen terwijl het kind nog in mij zat wel zo wijs? Men was voornamelijk blij dat hij geen verlamde arm had...en die stuwing, die er gruwelijk uitzag...langdurig blauw hoofd en nek en alles monsterlijk opgezwollen, die zou wel wegtrekken. Heel lang ben ik bang geweest dat hij iets over gehouden zou hebben aan die bevalling. Wat gelukkig niet zo bleek. Maar wat vreselijk om mee te maken zoiets...

    BeantwoordenVerwijderen
    Reacties
    1. Heidy wat een afschuwelijk verhaal.
      Dank dat je het schrijft.
      Het is een heftig voorbeeld van wat het (onbedoelde en grotendeels door zorgverleners niet opgemerkte) gevolg is van ingrijpen, voor vele jaren je leven in.
      Het is trouwens ook een goed voorbeeld van hoe veranderlijk beleid is - 'uitzuigen in de vulva' wordt tegenwoordig helemaal niet meer gedaan.
      En nee, in zo'n situatie kun je als moeder je kind niet beschermen. En dat zou ook niet nodig moeten zijn.

      Verwijderen
    2. Ook onze zoon is nu bijna 4 jaar geleden geboren met een schouderdystocie. Na bijna 2 dagen weeën werden de vliezen gebroken. Meconiumhoudend vruchtwater. Naar het ziekenhuis durfde de verloskundige niet meer. Ze volgde mij met een doptone. Toen ik begon met persen daalde de hartslag van de baby. De verloskundige heeft toen een knip gezet en mij aangespoord te persen hoe dan ook. De baby moest eruit. De ambulance werd gebeld. Het hoofdje werd geboren, het schoudertje zat muurvast. 5 minuten lang. Ik werd op handen en knieën gedraaid en het schoudertje werd afgehaald. Bij de derde poging lukte dit. Een blauw-zwart mannetje maar hij ademde wel. Hij kreeg zuurstof bij maar na een Apgar van 3 kreeg hij al snel een 9 en zag het er goed uit. Voor observatie naar het ziekenhuis. 2 en een half uur heb ik gewacht voordat ik opgehaald werd. Maar de verloskundige zal ik altijd dankbaar zijn. In mijn ogen heeft ze onze zoon gered en ik zou ook niet kunnen bedenken wat ze anders had kunnen doen. Ze was een engel. Hoewel de knip niet hoefde. Waar ik wel verdrietig om was was de wachttijd tot ik eindelijk mijn baby weer kon zien. Onze zoon is en was gezond. Sterk. Levendig en heeft niets aan de bevalling over gehouden. Een evt. Volgende keer zou ik niet thuis bevallen maar meer vanwege de wachttijd dan iets anders. Ik heb een lange herstel periode gehad en een ppd maar als ik zou mogen kiezen deed deze verloskundige een eventuele bevalling weer.

      Verwijderen
  2. Hier een redelijk positieve ervaring met schouderdystocie. In het ziekenhuis dan wel, de klinisch verloskundige had na anderhalf uur persen door dat het niet helemaal lukte, heeft mij verteld dat het wat moeilijk zou worden omdat ze vermoedde dat het schoudertje vast zat, maar dat we het samen gingen doen. Tot op de laatste minuten is er niet ingegrepen (uiteindelijk moest dit omdat het hoofdje geboren was en hij er niet uit wilde) maar niet dmv een kunstverlossing, hij is door de verloskundige onder mijn schaambeen vandaan gedraaid en geboren. Mijn zoon had een moeilijke start door de bevalling, hij had wat zuurstoftekort en moest beademd worden meerdere keren, ik zelf was alleen gehavend met 4 hechtigen. Na het horen van andere verhalen ben ik zo blij met deze verloskundige en bevalling, er zijn er genoeg die voor een keizersnede gaan, maar ze had er het volste vertrouwen in dat het ging lukken en ik had dat door haar ook. Ik heb ook absoluut geen trauma na mijn bevalling en zou het zo weer doen. Wilde dit toch even kwijt :)

    BeantwoordenVerwijderen